GELOOF en LEVEN
GELOOF EN LEVEN Jg 115 (2011) nr. 1
Voorpagina Lourdesgrot in Begijnhof I
Editoriaal red. II
Onbevlekte Ontvangenis bvv 1
Het Groot begijnhof te Gent red. 4
Begijnen in Gent. Een kleine historie bvv 6
Wereldjongerendagen 9
Jozef de Rechtvaardige Fraterniteit van Maria 10
Opendeur voor Anglicanen? Samenstelling GL 13
Een Lied van bevrijding An. 18
Christenvervolging op grote schaal
Iconencursus voor beginners Fraterniteit van Maria 19
In de Naam van ? kerk aangevallen VVV 20
De volle Pinksterzegen Naar A. Murray 23
Na de storm? Br. Stockman in De Morgen 27
China en de Kerk. Lastige partners Naar Kerknet 31
Boekentafel (D. Dewulf, Mindful Gelukkig)bvv 32
Overleden (p. Paul Roosen cssr / p. Jozef Hanssens cssr)33
Verhaal: De Mantel van Sint Maarten (7) Ben Debeer36
Lachedingen III
Inhoudstafel IV
NAAR INHOUDSOVERZICHT NAAR TOP
Zonder zonde ontvangen
Op 25 maart 1858, Feest van Maria-
Deze geloofsovertuiging stond inderdaad ook reeds uitgedrukt in het opschrift dat Catherine Labouré in 1830 als bijschrift rondom de (wonderbare) medaille gelezen had: “O Maria, zonder zonde ontvangen, bid voor ons die onze toevlucht tot U nemen”.
Dogma
En diezelfde geloofsovertuiging werd nogal plots als dogma afgekondigd door de zalige paus Pius IX op 8 december 1854 met de pauselijke bul ‘Ineffabilis Deus’. Dit zorgde in de katholieke wereld tot een grote aanwakkering van de Mariaverering. In 1846 vaardigde bvb. het Amerikaanse episcopaat een decreet uit waardoor de Onbevlekte Maagd Maria tot patrones van de Verenigde Staten werd uitgeroepen. Er waren vanuit Amerika trouwens heel wat aanvragen naar Rome gestuurd om de Onbevlekte Ontvangenis van Maria tot dogma te definiëren.
Bijbel of traditie?
De geloofswaarheid waarover dit dogma spreekt, ontmoet je niet uitdrukkelijk in de Bijbel maar des te meer in de kerkelijke traditie die, naar de overtuiging van de katholieke kerk, het ongeschreven woord van God is. Daar verwijst paus Pius IX dan ook expliciet naar: “De stralende monumenten der overlevering, zo van de Oosterse als van de Westerse Kerk, leggen er op de meest overtuigende wijze getuigenis van af, dat de leer van de Onbevlekte Ontvangenis van de allerheiligste Maagd, altijd in de Kerk bestaan heeft, als een overlevering van degenen die in vroeger tijden hadden geleefd, en als gemerkt met het kenteken van een geopenbaarde leer”.
In de eerste eeuwen werd er eigenlijk niet over die geloofswaarheid gepubliceerd. Pas vanaf de 4de eeuw hebben we getuigenissen van kerkvaders die de nadruk leggen op de algehele heiligheid van Maria. Augustinus bijvoorbeeld, en ook de H. Maximus van Turijn; deze schreef dat de heilige Maagd “een waardige woonplaats was voor Christus, niet om de hoedanigheden van haar lichaam, maar om haar oorspronkelijke genade.” Bij de Oosterse kerkvaders zijn het vooral de heilige diaken Efrem van Syrië en de heilige Johannes van Damascus. De christenen hadden daar geen problemen mee, men nam dat gewoon aan.
Godgeleerden
Later gingen de theologen zich over die geloofswaarheid buigen en voor en tegen ervan afwegen en bediscussiëren. Thomas van Aquino (1225-
Toch waren er nog altijd personen onder de theologen en priesters die het niet gewenst of op dat ogenblik niet opportuun vonden om die geloofswaarheid echt tot geloofspunt te verklaren. In een oud nummer van The Marianist wordt de rol van de heilige Alfonsus van Liguori onderlijnd (afb. Hiernaast is van Alfonsus), de stichter van de Redemptoristen. Hij was een van de belangrijkste tegenstanders van de Jansenistische ketterij en heeft zich geweldig ingespannen om de laatste hinderpalen tegen het verkondigen van de Onbevlekte Ontvangenis van Maria uit de weg geruimd. In de lijn van zijn grote verering van de heilige Maagd had hij overigens de belofte afgelegd “desnoods met zijn leven de waarheid te verdedigen van de leer over de Onbevlekte Ontvangenis.”
Paus en bisschoppen
Alvorens het dogma af te kondigen had paus Pius IX alle bisschoppen van de wereld aangeschreven om hun mening te geven. 603 bisschoppen antwoordden en daarvan waren 5 of 6 beslist tegen de verkondiging van die leerstelling. Toen stond niets nog de afkondiging in de weg.
De bekrachtiging van het dogma kon je zien in de vreugde van de katholieke christenen over de hele wereld en de vernieuwde godsvrucht tot Maria.
Je zou kunnen zeggen dat ook de hemel die afkondiging bekrachtigde toen 4 jaar later Maria zelf zich op vraag van Bernadette Soubirous deed kennen en wel met de woorden: “Ik ben de Onbevlekte Ontvangenis.”
EINDE VAN DIT ARTIKEL
NAAR INHOUDSOVERZICHT NAAR TOP
Groot Begijnhof en begijnhoven
Dat Groot Begijnhof is inderdaad groot. Het Klein Begijnhof is uiteraard kleiner maar heeft wel iets meer stijl, het oogt rijker en verzorgder. Het vroegere (oude) Elisabethbegijnhof (aan het Rabot) werd omwille van allerlei redenen verlaten door de begijntjes die verhuisden naar buiten de stadmuren (de Dampoort) waar Engelbert Van Arenberg op 2 jaar tijd het Groot Begijnhof had laten bouwen (een van de ingangen van het Begijnhof geeft trouwens uit op de Engelbert Van Arenbergstraat).
Er waren nogal wat begijnhoven in Vlaanderen. Maar sedert 2010 zijn er geen begijntjes meer (hoewel, op 20 juli 2012 werd in Kortrijk het laatste begijntje 92 jaar).
Hun begijnhoven zijn in ieder geval gebleven. Sommige zijn zelfs tot “werelderfgoed” gepromoveerd, zoals het Groot Begijnhof te Gent. Je kan je natuurlijk afvragen of ze ook ‘gepromoveerd’ zijn in hun oorspronkelijk doel en oorspronkelijke betekenis. Want ook de begijnen hadden het Benedictijns devies: “Ora et Labora”, maar ze zeiden het in het Vlaams: “kerken en werken”, een diepchristelijke opdracht: God dienen en de medemens. De laatste Grootjuffer van het Groot Begijnhof, juffrouw Goethals, herhaalde ons wel eens dat zij geen zusters waren, zij bedoelde: geen religieuzen, maar leken die zich helemaal aan de Heer hadden toegewijd in het celibaat, in onthechting van bezit en in gehoorzaamheid aan de Grootjuffer. Toch viel het me op dat er nog dit was: een toewijding aan “het Hof”. In feite kwam dat laatste neer op een gelofte van gemeenschap, verantwoordelijkheid en trouw tegenover de medezusters binnen “het Begijnhof”. Nadat ze hun begijnenkleding hadden ontvangen tijdens een plechtigheid in het Groothuis, werden ze later ook nog ‘besteed’, toegewijd aan het (begijn-
Het Groot Begijnhof van St.-
Begijnhoven in Gent
In Gent verdwenen 2 begijnhoven volledig (het blauw begijnhof en Sint-
Het Groot Begijnhof Sinte Elisabeth (van Thüringen)
Hertog Engelberg Van Arenberg zorgde voor verademing. Hij kocht 7 (het werden er 8) hectaren land aan voor de bouw van een nieuw begijnhof buiten de stadsmuren (Dampoort) van Gent, zodat de antiklerikale maatregelen niet van toepassing waren.
Wanneer je langs de Engelbert van Arenbergstraat (voorheen ‘Oostakkerstraat’) het Begijnhof binnentreedt merk je op je rechterzijde een groot muurpaneel met volgende tekst, die door wielertoeristen vaak wordt gekopieerd:
“Het Begijnhof Sinte Elisabeth werd in ’t jaar O.H.J.C. MCCXXXIV (= 1234), door Johanna, gravin van Vlaanderen, te Gent gesticht, en op Sint Michiels-
Hertog van Arenberg kreeg niet enkel een straatnaam, maar wordt ook nog op een andere wijze herdacht in het Begijnhof: vanuit ons convent ter Engelen (nr. 19) zien we op een kleine open kapel, eerder een luifel, aan de achterkant van de kerk, waarin een mooie polychrome Calvarie stond (momenteel – en reeds zeer lang -
“ter eeuwige gedachtenis van de hoogedele Prins Engelbertus, Hertog van Arenberg, Hertog van Aerschot, Croy, Meppen, Prins van Rebecq en Rechlinghausen, Ridder van het Gulden Vlies, Grootlint der Pauselijke Orden van Pius IV. Hij stichtte het Nieuw Begijnhof van Sint-
Op 29 september 1874 gebeurde de officiële in gebruikname van het nieuwe Begijnhof te Sint-
Toen de laatste Grootjuffer, Josepha Goethals, intrad in het hof woonden er nog 300 begijntjes. In 1972 nog slechts 42 en toen de gebedsgroep Maria-
Zoals we voor enige jaren meedeelden, werd het Groot Begijnhof ondertussen Werelderfgoed. De Vlaamse Gemeenschap had eigenlijk 26 begijnhoven voorgesteld voor de lijst maar alleen Lier, Diest, Tongeren, Kortrijk, Hoogstraten, Brugge, Dendermonde, Turnhout, grootbegijnhof van Sint-
EINDE VAN DIT ARTIKEL
NAAR INHOUDSOVERZICHT NAAR TOP
Jozef, de man van Maria en wettige vader van Jezus, onze Heer, wordt in het nieuwe testament zoon van Jacob genoemd of zoon van Eli, maar hij wordt tegelijk in Mt. 1,19 “een rechtvaardige” genoemd. Vanwaar komt deze benaming eigenlijk, en wat betekent ze ?
Galilea der heidenen
Galilea en Samaria waren volgens de profeten en de gelovige Israëlieten niet erg godsdienstig ent rouw aan Jahwe, de ene God. Mede door hun koningen werden afgoden van omliggende stammen ook bij hen vereerd en er werd aan geofferd op allerlei offerhoogten. De profeten waarschuwden dat zij daarvan de gevolgen zouden dragen, dat Jahwe ook hen in de steek zou laten. Het Noordrijk werd aangevallen en uiteindelijk werden heel wat inwoners gedeporteerd naar Assyrië, voor de hogere klasse en alwie een beroep kende. Dat was in 721. Allerlei omliggende stammen sijpelden het vrijgekomen gebied binnen. De autochtonen trokken gedeeltelijk weg naar Judea, het Zuiden, of ze vermengden zich met de heidense inwijkelingen. Jesaja spreekt van “Galilea der heidenen, volk dat in de duisternis zat”. Wel voorspelde Jesaja dat dit heidense land eens zou terugkeren tot het geloof in de ene ware God, Adonai.
Hoe Galilea bekeren?
Deze profetie wachtte wel erg lang op haar invulling. 600 jaar! Met de Makkabeën, die tegen de Griekse bezetters optraden zou er verandering komen. In 104 werd Galilea veroverd door Aristobolus I, op dat moment koning van Juda. Die verovering was één ding, maar hoe dat land opnieuw wat opentrekken op de godsdienst van de ene ware God?
Hoewel die Judese koning de bevolking tot het Jodendom dwong, kwam daar niet veel van in huis: heel die Mitzwot, amaai, al die ingewikkelde joodse wetjes en voorschriften, méér dan 600, nee, dat was wat teveel gevraagd op te korte tijd. Begin hier in Vlaanderen maar eens opnieuw het christelijk geloof te brengen, in de gezinnen, bij mensen die verzuipen in het Entertainment op teevee en daarbuiten, of bij die jonge mensen die 4 dagen lang op een popfestival gedrogeerd worden en al uitzien naar het volgende festival … Nee, dat lukt niet zomaar op een twee drie.
De Joodse Hoge raad van Jeruzalem doet dan ook een oproep opdat Joodse gezinnen naar Galilea zouden trekken om daar dan overal strenggelovige Joodse basisgemeenschappen te beginnen. Schitterend idee natuurlijk, (denk nu even niet aan de kolonisatie van Palestijns gebied) maar de Galilese stijfkoppen hadden daar niet direct aandacht voor. De echt gelovige mensen, Schriftkenners en betrouwbare raadgevers zou je dus vooral bij die inwijkelingen moeten zoeken die de mensen die ook volgens de Joodse Thora wilden leven, de goede weg wezen door hun woord en hun voorbeeld.
De Tsadiq's
De voorouders van Jozef waren zo ook naar Galilea getrokken, vermoedelijk in de tijd van zijn overgrootvader Levi en grootvader Mattat, tien dagreizen van hun vaderstad Bethlehem. En deze Judese missionarissen, diepgelovige mensen kregen spoedig de eretitel van “Tsadiq”.
Tsadiq is in vertaling ‘rechtvaardige’ of ‘gerechte’. Het betekende dat iemand goed leeft, volgens de wetten van God. Maar ten diepste is iemand pas rechtvaardig omdat God hem goedkeurt, omdat Hij in Gods ogen, goed is, goed handelt, goed leeft. Het is in feite iemand die volgens Gods verlangen leeft, volhardend en trouw, ook als het moeilijk is, als er tegenstand is, als je vervolgd wordt, als er allerlei verzoekingen zijn om God af te vallen en dan maar de gemakkelijke weg te gaan… Nee, een tsadiq is iemand met gezonde principes en die ernaar leeft.
Als Jozef een “tsadiq” genoemd wordt in het evangelie, betekent het dat we hier te doen hebben met een beginselvast man, die zelfs in een niet-
EINDE VAN DIT ARTIKEL
NAAR INHOUDSOVERZICHT NAAR TOP
door Ben Van Vossel
Evangelisatie en afscheuring
Reeds in de 1ste en 2e eeuw kwam Engeland in contact met het christendom doorheen het missionaire optreden van Romeinse kooplieden en militairen (Hoeveel mensen hebben zich door ons voorbeeld al bekeerd?). Vooral Augustinus van Canterbury (6de eeuw) evangeliseerde in Engeland. De Engelse kerk had zeker een eigen karakter, maar was verbonden met Rome. In 1534 kwam het echter tot een schisma onder koning Hendrik VIII. In de loop van de volgende eeuwen waren er wel toenaderingspogingen en in de Engelse (Anglicaanse) kerk was er bijna constant een strekking die iets meer katholiek dan protestants gericht was (bv. de High Church waarin o.m. de vorig jaar zaligverklaarde kardinaal Newman zich situeerde). De Belgische Kardinaal Mercier (1951-
Gemengde oecumenische commissie
1967 kende de oprichting van een Anglicaans-
Anglicanorum coetibus
Op 4 november 2009, nu reeds een jaar geleden, ondertekende Paus Benedictus XVI een constitutie (gepubliceerd op 9 november): Anglicanorum coetibus, wat letterlijk betekent ‘Groepen Anglicanen’. Daarin en in de toelichting kreeg de Congregatie voor de Geloofsleer de opdracht om persoonlijke ordinariaten op te richten voor Anglicanen die, met behoud van hun eigen spirituele traditie en liturgie wilden terugkeren tot de Katholieke Kerk. Zij krijgen de vrijheid om de Eucharistieviering en de andere sacramenten, en ook de Getijden (breviergebed) en andere liturgische vieringen volgens de Anglicaanse traditie te vieren mits de liturgische boeken goedgekeurd worden door de Heilige Stoel, wat trouwens ook moet gebeuren voor katholieke parochies en gemeenschappen. Op deze wijze kwam paus Benedictus tegemoet aan een aantal Anglicaanse gelovigen die iets dergelijks gevraagd hadden. Volgens Kerknet forceerde Paus Benedictus XVI met de apostolische constitutie ‘Anglicanorum Coetibus’ de doorbraak waarop zovelen al jarenlang hoopten, en dat op een moment dat de anglicaanse Kerk net de andere richting uitging. “Anglicanorum Coetibus kwam als een volslagen verrassing en heeft het landschap voor anglo-
Gevolgen?
Misschien waren het geen wereldschokkende gevolgen, maar ze zijn ook niet te verwaarlozen: in oktober 2010 stapte een hele Anglicaanse parochie over naar de Katholieke Kerk (H. Petrus-
Hij zegt duidelijk dat al sinds de oprichting van de internationale ARCIC-
Bisschop Keith Newton, die sinds 1994 als ‘vliegende bisschop’ ook belast is met de pastorale zorg voor ontevreden parochies en wiens overstap naar de katholieke Kerk op 8 november officieel bekend werd, dankt in zijn brief Anglicaanse priesters en leken voor hun warmte, vriendschap en steun in de afgelopen acht jaar dat hij hun bisschop was. Hij verzekert dat zijn beslissing geen negatieve keuze is tegen de Anglicaanse Kerk en dat de wijding van vrouwen slechts een van de factoren was die hem tot de overstap bewoog.
Wat nu?
Sommigen zullen het betreuren dat op die manier een opendeur werd geforceerd door paus Benedictus, maar moest hij geen gehoor geven aan de vraag van heel wat Britse gelovigen die tot de Anglicaanse kerk behoorden en die Jezus’ gebed om eenheid tussen zijn leerlingen wilden be-
Naschrift: zelfde kerkgebouw?
Uit Kerknet/La Croix van zondag, 14 november 2010:
De secretaris van de synode van de Britse anglicaanse Kerk William Fittall zegt dat de Church of Engeland geen enkel bezwaar heeft om in dezelfde kerken eucharistie te vieren als de anglicanen die overstappen naar het persoonlijke ordinariaat in de katholieke Kerk. “Deze mogelijkheid valt absoluut niet uit te sluiten.” Anglicanen die in groep overstappen naar de katholieke Kerk moeten hun gebouwen in principe opnieuw afstaan aan de anglicaanse Kerk. Priesters verliezen bovendien hun woning en hun pensioenrechten.
William Fittall pleit voor een gezonde en goede verstandhouding. “Anglicanen en nieuwe katholieken kunnen gerust hun parochiekerken delen, zoals dat nu al op verschillende andere plaatsen het geval is tussen anglicanen en baptisten, methodisten en katholieken.”
De Britse katholieke bisschoppen overleggen vanaf maandag 15/11/2010 over de oprichting van een ordinariaat (soort van bisdom waartoe men persoonlijk toetreedt) voor de naar schatting 500 anglicaanse gelovigen en mogelijk 50 priesters die overstappen naar de katholieke Kerk. Dat wordt wellicht al in het voorjaar van 2011 opgericht.
EINDE VAN DIT ARTIKEL
NAAR INHOUDSOVERZICHT NAAR TOP
GEWELD TEGEN CHRISTENEN IN DE NAAM VAN ?
We durven als titel niet (meer) schrijven ‘In de naam van God’ of ‘In de naam van Allah’ want geen enkel echt gelovig mens, van welke godsdienst ook, zal sympathie kunnen opbrengen voor wat zich op zondagavond 31 oktober 2010 afspeelde in de Syrisch-
Moeder van de Verlosser
Op 31 Okt. 2010, de vooravond van Allerheiligen, werd een bomaanslag gepleegd op de kerk van de Syrische Katholieken in Baghdad. De naam van de kerk is “Umm en Najat”, en de mensen die daar bidden komen uit het dorp Qaraqosh en Mosoul. Op die avond was er een speciale plechtigheid, de laatste dag van de rozenkransmaand, waar vele gelovigen aan gehecht zijn. De avondmis begon om 5 uur. Een jonge priester Fr.Tha’ir Wa’dallah (Syr.) celebreerde samen met zijn klasgenoot Fr. Wasim; beiden waren mijn studenten gedurende 4 jaar, vóór hun priesterwijding nu 2 jaar geleden. De Syrische bisschop Metti Matoka was afwezig, hij bevond zich in Amerika, en hij werd vervangen door zijn hulpbischop Fr.Raphael Qoteimi, een man van een zekere ouderdom en wat ziekelijk. Er was veel volk in de grote kerk, in het centrum van Baghdad, het (zang)koor was versterkt, en de dienst begon, met lezingen en sermoen. En dan gebeurde plots iets onverwachts. Wat hier volgt is gebaseerd op het relaas van ooggetuigen, mensen die in de kerk aanwezig waren.
De aanslag
Juist buiten de kerk ontploft een zware bomauto, met vele gekwetsten en doden als gevolg, ook onder de bewakers (elke kerk immers heeft enkele gewapende bewakers die voor de veiligheid instaan). In de verwarring die daarop volgt, maakt een groep in het zwart geklede bendeleden gebruik om gewapenderhand de kerk binnen te dringen, en de deuren achter zich te sluiten. Het is een groep van el-
Pater Vincent van Vossel was op weg naar deze kerk, toen de ontploffingen zich voordeden. Hij maakte dit relaas aan de hand van wat ooggetuigen mededeelden. Fr. Thair was directeur van het Center for Eastern Studies, opgericht in Baghdad door pater Vincent.
PS. Een paar dagen later waren er verscheidene aanslagen tegen afzonderlijke christenen.
EINDE VAN DIT ARTIKEL
NAAR INHOUDSOVERZICHT NAAR TOP
CHRISTENVERVOLGING OP GROTE SCHAAL
Bericht langs Kerknet, Fides en Zenit:
Op 26 november van vorig jaar gaf de Franse intellectueel en auteur René Guitton tijdens een opvallend congres te Rome een toch wel onthutsende voorstelling van het jaarverslag van Kerk in Nood / Oostpriesterhulp over godsdienstvrijheid wereldwijd. Wereldwijd gaan naar schatting vijftig miljoen christenen gebukt onder vervolging. Guitton is bekend als de bedenker van de term ‘christianophobie’, als aanduiding van de openlijke vijandigheid en het geweld tegen christenen en het feit dat hun geloofsovertuiging zelf daarbij dient als de rechtvaardiging voor het geweld of de haat. Bijkomend probleem is dat sommige landen, zoals Saudi Arabië of Jemen, het veranderen van godsdienst strafbaar stellen.
Tijdens de voorstelling van het rapport in Rome werd aangeklaagd dat de onderdrukking en discriminatie van religieuze minderheden blijft toenemen. In landen als Iran en Irak is de situatie zelfs ronduit dramatisch, ook voor moslims. Noord-
Kerk in Nood stelt toenemend geweld vast tegen christenen in Pakistan, Indonesië (het grootste moslimland maar ooit bekend om zijn religieuze verdraagzaamheid) en India (vanwege fanatieke Hindoes). In Cuba blijven de bestaande beperkingen van kracht. Toch wijzen verschillende tekenen in dit land op een groeiende openheid. Hoopvol is ook dat een Golfstaat als de Verenigde Arabische Emiraten steeds vaker toestemming geeft voor de bouw van kerken voor christelijke migranten, voornamelijk uit Afrika en de Filippijnen.
EINDE VAN DIT ARTIKEL
NAAR INHOUDSOVERZICHT NAAR TOP
Charismatische Vernieuwing en Pinkstervernieuwing
Een onlangs overleden gewezen woordvoerder van koning Boudewijn, mag zich dan al laatdunkend uitgelaten hebben over de katholieke Charismatische Vernieuwing, het is een feit dat deze stroming ook heel wat positieve energie binnen de kerkgemeenschap heeft laten opborrelen en het was dom ze te vergelijken met een magische hocus pocus zoals hij het deed.
De Pinkstervernieuwing, zoals ze zich binnen en buiten de gevestigde kerken heeft gemanifesteerd, heeft heel wat innerlijke vernieuwing met zich meegebracht in individuele gelovigen en in gemeenschappen. Heel wat van het nieuwe dat ze in zich droeg is voor een deel vruchtbaar geworden binnen de kerken. Dat er ontsporingen zijn geweest, dat er soms te weinig maatschappelijk en sociaal engagement gestimuleerd werd... Niet ieder gelovige of gelovige gemeenschap kan uitblinken op alle vlakken. En hiermee willen we niet ontkennen dat innerlijke, spirituele vernieuwing zich vroeg of laat niet zou doen kenmerken door sociale inzet... Maar de 'Vernieuwing in de Geest' had als eerste zending zich open te stellen en anderen op te roepen tot een spirituele vernieuwing door zich meer open te stellen voor de krachtige werking van Gods Geest.
"De volle Pinksterzegen"
Wie daarin uitblonk was bijvoorbeeld de Zuid-
De heilige Geest ontvangen?
Je kent misschien uit de Handelingen van de apostelen (Hoofdstuk 19) volgend voorval: “Terwijl Apollos in Korinte was, kwam (de apostel) Paulus na zijn reis door het binnenland in Efeze. Daar ontmoette hij enige leerlingen, aan wie hij vroeg: ‘Hebt gij de heilige Geest ontvangen toen ge het geloof hebt aangenomen? ‘ Zij antwoordden: ‘Wij hebben niet eens gehoord dat er een heilige Geest bestaat.’”
Paulus stelde wel degelijk een goede vraag. Maar deze 12 mannen waren enkel gedoopt met het doopsel van Johannes de doper, niet in de Naam van Jezus, en ze hadden ook de heilige Geest nog niet in volheid ontvangen. Paulus had dat direct opgemerkt. Ik vraag me wel eens af of hij dat bij ons ook zou opmerken: dat we misschien wel gedoopt en gevormd zijn maar dat er van een bezield zijn door de heilige Geest meestal weinig te merken valt… De heilige Geest kan ons immers wel ooit geschonken zijn om in nauwe relatie te leven met Jezus Christus en in zijn voetspoor te gaan, maar als wij de heilige Geest telkens weer aan de kant laten staan en onze eigen weg gaan (we zijn tenslotte vrije mensen, menen we) dan klinkt zijn stem niet meer door, dan is zijn invloed niet meer merkbaar, het is als met een overwelfde rivier, een ommuurde waterloop die het land niet meer bevrucht… Door de riolen en ommuurde kanalen spoelt al het water weg zonder de aarde vruchtbaar te maken. Nochtans wordt de heilige Geest wel eens vergeleken met de stroom die uit de tempel vloeide en die al het land langsheen zijn oever vruchtbaar maakt… Je moet dat maar eens lezen in Ezekiël hoofdstuk 47.
Wat vind je zelf van jezelf?
Wanneer we in de spiegel van ons leven kijken met de ogen van Paulus, zouden we ons dan ook moeten vragen: “Heb jij eigenlijk de heilige Geest wel ontvangen? De Geest van de verrezen Heer? Waar is dan je vurigheid, je vrijmoedigheid om te getuigen, je verlangen om in contact te zijn met de Heer in het gebed, in de Eucharistie, je ijver in het gebed, je getrokkenheid naar dienst aan je medemens, de mensen-
Dus als Paulus je vraagt: Heb je de heilige Geest ontvangen toen je tot geloof bent gekomen? Dan kunnen wij wel zeggen: ja. Maar we moeten ook weten dat Hij ons hele inwendige bestaan voor zijn rekening neemt, en met zijn eigen leven vervult, zodat Hij zowel het willen als het werken in ons bewerkt. Want dat is pas het ware, volle christenleven.
Permanent gebed
Als je je dat eens goed realiseert, dan begrijp je dat je ook op dit vlak Jezus’ woord over het ‘voortdurend’ bidden in praktijk moet brengen. Dat je voortdurend moet vragen aan de Vader dat Hij jou zijn Geest zendt in Jezus’ Naam, en dat je aan Jezus vraagt jou te dopen (onder te dompelen) in zijn Geest. Hij zal dat graag doen want Hij weet dat je dat nodig hebt. En als we in de heilige Schrift lezen -
-
-
-
-
-
-
-
-
De leiding van de H. Geest
Deze teksten uit het Nieuwe Testament, spreken duidelijke taal.
Nogmaals: als katholieke christenen geloven we dat de H. Geest ons geschonken werd bij ons heilig Doopsel en Vormsel, maar er blijft die ontnuchterende vaststelling dat als we vaak ongehoorzaam zijn aan de leiding van de Geest, wij zijn inwoning niet meer zo bewust zijn en niet meer zo gevoelig zijn voor zijn werking. Gevolg: het is ons niet meer aan te zien dat we de heilige Geest ontvangen hebben. En dàt is dan de reden waarom ook wij vaak en zelfs voortdurend moeten smeken: Kom, heilige Geest! Kom, heilige Geest!
EINDE VAN DIT ARTIKEL
NAAR INHOUDSOVERZICHT NAAR TOP
KERK IN BELGIË: DUIDELIJKHEID NA DE STORM?
Br. R. Stockman in De Morgen
Terwijl sommige politici van sommige partijen nog altijd hun partijtje kerkschieting spelen, kregen we ondertussen ook reeds een aantal rustige en indringende beschouwingen omtrent heel de heisa rond aartsbisschop Léonard en sommige van zijn uitspraken en over het misbruik van kinderen door mensen van de kerk. Zo lazen we de bedenkingen van Gerard Bodifee, Herman De Dijn, de reactie van Mgr. Léonard zelf. Hieronder geven we de bedenkingen van broeder Stockman, Generaal-
“Het klinkt vandaag niet goed te zeggen dat je uit België komt. Onmiddellijk krijg je vragen over de politieke situatie en of België nog wel bestaat, en hoe het gesteld is met de kerk. Dat laatste klinkt geregeld hier in Rome.
Maar is het inderdaad zo, zoals sommigen beweren, dat Mgr. Léonard de Belgische kerk aan het polariseren is met zijn zogenaamde controversiële uitspraken? Of is men gewoon verleerd dat er in de kerk nu eenmaal ook geloofswaarheden zijn, dat er een christelijke moraal is die nu en dan om verduidelijking vraagt en dat er tegelijk ook en vooral veel pastorale bekommernis moet zijn, en dat die zaken niet in tegenspraak moeten zijn, maar wel onderling in spanning kunnen staan. De kerk als mater en de kerk als magister: de moeder die zorg draagt voor haar kinderen en de meester die zijn kinderen moet leren.
De kunst bestaat erin om magister te zijn zonder het mater-
Toen enige maanden geleden Mgr. Léonard aantrad als aartsbisschop, waren er reeds van bij aanvang vele a priori’s. Hij kreeg bij sommigen zelfs geen enkele slaagkans, hij werd reeds op voorhand gebuisd. Hij was de man van Rome, his master’s voice, niet de kandidaat van... Toch moest men weldra vaststellen dat hij het niet zo slecht deed, in het bijzonder in de zaak van Mgr. Vangheluwe en de nasleep ervan. Hij trad kordaat op, met een duidelijke communicatie en niemand benijdde op dat ogenblik zijn functie. Men verlangde van hem krachtige uitspraken die hij ook gaf. Het was de tijd van de tsunami in de kerk, en niemand wist wanneer het zou ophouden.
Maar dan kwam als het ware een tegenbeweging waarbij de kerk het zwijgen werd opgelegd. Men had geen recht meer om te spreken over morele zaken, wanneer de moraliteit in eigen midden soms ver te zoeken was. Men kwam zelfs zo ver om het ontslag van de Paus te suggereren, meer als symbolische daad, maar toch wel pretentieus gesteld. Alsof daarmee iets zou worden opgelost.
Mgr. Léonard nam zijn herderstaf weer op, en toonde zich als voorheen de magister en de mater, en soms nogal uitdrukkelijk magister. Uitspraken en zelfs woorden uit vroegere interviews werden uit hun context gehaald, uitvergroot, geïnterpreteerd en vooral becommentarieerd. De wijze van communiceren was misschien niet altijd even gelukkig, en dat is inderdaad iets dat men ook in Rome moet leren: hoe communiceren in een tijdperk waar slogans het doen en langere teksten gewoon niet gelezen worden. De woordvoerder moest soms bijsturen, toelichten, hetgeen toch zijn taak is. Maar als men niet meer overeenkomt over wat de bestemming moet zijn, dan wordt het problematisch. En dat gebeurde blijkbaar de laatste dagen waarbij het even leek dat er moest afgerekend worden. Zielig wanneer men op afstand staat toe te kijken.
Ondertussen zijn de profeten aan het roepen gegaan: zwijgen tot kerstmis, misschien maar best aftreden, want we geraken in een polarisatie.
Als ik nu terugkijk naar de zogenaamde gewraakte uitspraken, dan zijn er een aantal die gewoon de visie vertolken van de kerk, weliswaar vanuit het ideale standpunt, en daarbij is het normaal dat weerstanden worden opgeroepen bij hen die zich verwijderd hebben van dit ideaal -
Maar wordt het heftig reageren niet mede veroorzaakt door de opiniemakers die dit maar al te graag aangrijpen om hun eigen kerkbeeld te promoten? Is het geen bon ton geworden om sowieso tegen Rome te zijn? Moet alles zomaar met de mantel van de liefde worden toegedekt en de ogen worden gesloten voor situaties die misgelopen zijn -
Iemand schreef dat Mgr. Léonard Jezus niet is, dat is waar. En het gaat er mij ook niet om Mgr. Léonard te verdedigen. Maar het is hem niet verboden zich aan Jezus te spiegelen, wel integendeel: Jezus zei de waarheid en moedigde daardoor mensen aan maar stootte ze ook af. Tegelijk bleef hij vergevingsgezind en bleef hij kansen geven opdat niemand verloren zou gaan. Dat dat een moeilijke maar noodzakelijke combinatie was heeft Jezus zelf ondervonden. Daartoe is ook Mgr. Léonard geroepen, vanuit zijn eigen bekwaamheden en de beperkingen die hij ook wel zal hebben. Zij die deze boodschap niet kunnen aanhoren hebben het recht hun oren af te sluiten, maar hebben niet het recht anderen te verhinderen de boodschap te beluisteren en er proberen naar te leven. Of geldt vrije meningsuiting alleen nog in één richting?
Wat is nu het besluit van deze onvolmaakte analyse? Dat de kerk haar boodschap, ook in Vlaanderen, in alle duidelijkheid mag en moet laten klinken. Dat zij die het daar moeilijk mee hebben de boodschapper niet moeten afschieten omdat ze het moeilijk hebben met de boodschap. Er zijn er die zich katholiek zullen blijven noemen, anderen christelijk geïnspireerd en nog anderen uitdrukkelijk niet meer kerkelijk. Misschien moet dat vandaag ook beter tot uitdrukking worden gebracht in de instituten die vanuit de kerk zijn gegroeid om zo tot een klaarder onderscheid te komen, want duidelijkheid schept welbehagen. Maar dat houdt niet tegen dat ze zich blijven inspireren aan het evangelie, want de liefdesboodschap die erin verkondigd wordt geldt voor allen.
En dat de kerk de ruimte mag blijven waar allen terecht kunnen met hun pastorale noden in de meest ruime betekenis van het woord. Zowel geloven als niet-
EINDE VAN DIT ARTIKEL
NAAR INHOUDSOVERZICHT NAAR TOP
Met Chinezen moet je voorzichtig zijn, respectvol. Met elk mens en vooral met mensen uit andere culturen. Ook al vinden we dat ze zich wat moeten incultureren als ze hier bij ons zijn, toch vraagt onze menselijke en christelijke eigenheid dat we die mensen ook wat zichzelf laten zijn en dus trachten we hen wat te leren kennen en begrijpen in hun spreken en handelen...
China heeft eeuwenlang op zichzelf geleefd. Heeft een heel eigen mentaliteit. Een van onze landgenoten, de bekende pater Vincent Lebbe, heeft dat van bij zijn eerste contacten aangevoeld: hoe de Westerse mensen, ook de missionarissen, met olifantenpoten door China trokken en de mensen daar vernederden en niets of weinig begrepen van de daar heersende mentaliteit en gewoonten, beleefdheidsvormen bijvoorbeeld. Hij is dan ook chinees met de chinezen geworden en heeft zo, veel meer dan anderen, mensen van ginder in positief contact kunnen brengen met de evangelische boodschap.
De aktuele leiders daar zijn ook chinezen, bovendien met een sterk marxistisch (dus autoritair) verleden, die geen bemoeienis van buitenstaanders wensen en alle touwtjes in handen willen houden. Alle touwtjes. Dus ook: de kerk. En zo hebben we daar de katholieke kerk die met Rome verbonden is, en daarnaast heb je de nationale kerk die regeringsgezind is en totaal door de regering gecontroleerd.
Evenwel is er op geregelde tijdstippen de laatste jaren discrete toenadering geweest en is er o.m. een soort overeenkomst dat Rome zich zou akkoord verklaren met de bisschopswijding van een van de priesters die de regering als kandidaat-
Maar een heikel punt is het gebrek aan respect voor de mensenrechten in China en omdat Rome daar ook onlangs weer op wees is er nu een kink in de kabel gekomen: op 21 november 2010 werd er een regeringsgetrouwe bisschop (Joseph Guo Jincai in Chengde, Hebei) gewijd waarmee het Vaticaan niet akkoord kon gaan. Chinese gevoelige tenen en verantwoorde kerkelijke standpunten. Gods Geest heeft nog werk te doen.
EINDE VAN DIT ARTIKEL
EINDE VAN DIT NUMMER 2011/1
NAAR INHOUDSOVERZICHT NAAR TOP