GELOOF en LEVEN



 HOME

 INHOUD

DE CHRISTELIJKE GEMEENSCHAP

EN DE GEZINDHEID VAN CHRISTUS


Toespraak van abt Paul Standaert o.s.b.

van de abdij van Zevenkerken op de

Gemeenschapsdag Maria-Kefasgemeenschap

Paasmaandag Jubileumjaar 2000


Laten we als leidraad de Brief aan de Filippenzen nemen.  Ik ga daar vaak naar verwijzen.  Hoofdstuk 2,1-11.  Het is de bekende Christushymne die veel gebruikt wordt in de paastijd.  Even de tekst :

1 Als dan vermaning in Christus en liefdevolle bemoediging iets vermogen, als gemeenschap van Geest, als hartelijkheid en mededogen u iets zeggen, 2 maakt dan mijn vreugde volkomen door uw eenheid van denken, uw eenheid in de liefde, uw saamhorigheid en eensgezindheid. 3 Geeft niet toe aan partijzucht en ijdelheid, maar acht in ootmoed de ander hoger dan uzelf. 4 Laat niemand zijn eigen belangen behartigen maar liever die van zijn naasten.  5 Die gezindheid moet onder u heersen welke ook Christus Jezus bezielde:

6 Hij die bestond in goddelijke majesteit heeft zich niet willen vastklampen aan de gelijkheid met God: 7 Hij heeft zich van zichzelf ontdaan en het bestaan van een slaaf aangenomen. Hij is aan de mensen gelijk geworden. En als mens verschenen 8 heeft Hij zich vernederd, Hij werd gehoorzaam tot de dood, tot de dood aan een kruis.

9 Daarom heeft God hem hoog verheven en Hem de naam verleend die boven alle namen is, 10 opdat bij het noemen van zijn naam zich ieder een knie zou buigen in de hemel, op aarde en onder de aarde, 11 en iedere tong zou belijden tot eer van God, de Vader: Jezus Christus is de Heer.


Opzet van deze toespraak : Op deze Paasmaandag wil ik hierover delen met u vanuit het aspect gemeenschap.

Deel 1: Voorafgaande bemerkingen

Deel 2 : 3 vragen die ik tracht te beantwoorden :

- Wat is de band tussen die twee delen van de tekst

- Wat leert ons deze oude paashymne over Jezus (6-11); wie was die Jezus ?  Hier willen we wat langer bij blijven stilstaan

- Welke concrete raadgevingen geeft Paulus aan die gemeenschap van Filippi en  Hoe moeten wij als gemeenschap gaan leven?

Dus eerst kijken we naar Jezus.  Als we dat begrepen hebben kunnen wij zien hoe wij vanuit Jezus in gemeenschap moeten leven.  Dit is zo voor elke christelijke gemeenschap: deze groeit vanuit inzicht in de persoon van Jezus.  Als ik dat inzie en erdoor gegrepen ben ga ik met anderen leven in een houding die consequent is met de persoon van Jezus.  


DEEL 1  VOORAFGAANDELIJKE BEMERKINGEN


Men vroeg me om over een gemeenschap te komen spreken.  

1° Waarover hebben wij het ?  

U vraagt het aan mij die in een heel andere gemeenschap leef als deze van jullie.  Mijn ervaring is de ervaring van een cenobitisch model, nl. gemeenschappelijk leven in alles: koinos  bios.  Oorspronkelijk is de navolging van een persoonlijk gebeuren nl. woestijnabba's en amma's, christelijke goeroe’s.  Benedictus doet het tegen sommige misvormingen, nl. monniken die teveel op reis gaan.  Nee, je moet in gemeenschap blijven.  Monniken die met enkelen samenleven maar zonder overste, later met een overste of voorganger.  Dus een traditie van heel sterk gemeenschappelijk leven.  Wat er nu gebeurt is dat er gemeenschappen ontstaan van gelovige christenen die niet altijd samenleven, maar die hun gezinsleven of persoonlijk leven hebben en op bepaalde dagen samenkomen en gemeenschap vormen.  Mijn achtergrond is dus anders en je moet jullie eigen identiteit van gemeenschap ontdekken.  Het zou ook verkeerd zijn voor gestructureerde gemeenschappen die nieuwe gemeenschappen te kopiëren.  We moeten dus weten waar ieder zich situeert.  Toch kunnen we van elkaar leren.


2° Pasen bevat een hele dynamiek.  Van persoonlijke ontmoeting met de levende Heer naar gemeenschapsvorming rondom Hem:

Jezus die levend herkenbaar is op Paasmorgen.  Tot grote verrassing van enkele vrouwen en daarna van enkele leerlingen.  Hij heeft duidelijk een boodschap.  Die zaak van Jezus zelf (op de eerste plaats) wordt uitgedeeld door mededeling van zijn Geest, blies over hen, Pinksteren enz… Er kwamen gemeenschappen.  Maar het is goed om ons met Pasen te bezinnen over de Gemeenschap, we hoeven niet te wachten tot Pinksteren.  Vanuit Jezus kwam de beweging op gang.   Opnieuw voelen we de dubbele spanning: het is eerst Jezus, die herkend wordt door enkelen en daarna wordt dat een grotere gemeenschap.  Dus, individueel en daarna het samenleven in gemeenschap.   Er is altijd een individueel element, nl. ik ben aangesproken door Jezus, en vanuit mijn persoonlijk getroffen zijn door Jezus ga ik me met anderen, die ook getroffen zijn door Jezus, gaan we samen delen.  Alles of zeer weinig: maaltijd, huis, werk enz… Daar zijn veel varianten in.  Er komen vaak moeilijkheden vanuit de concretisatie van die varianten.  Het bindend element is de persoonlijke navolging van Jezus.  Daaraan moet ieder zich constant herbronnen.  Jezus is mijn HEER, Redder, Hij heeft zich aan mij doen horen, ik heb mij tot Hem gekeerd, bekeerd.  Concrete gevolgen zullen opgelost worden als iedereen zijn persoonlijke, individuele weg trouw blijft.  Anders verzandt u in spanningen van organisatorische aard, zonder spirituele achtergrond.  Daartegen reageert Paulus in deze tekst heem sterk.

Zie hoe het gebeurde bij Paulus.  Hij was volwassen, was theologisch gevormd, had verantwoordelijkheid in Jeruzalem en bekeerde zich dan tot Jezus.  Er was daar een persoonlijke ontmoeting geweest tussen Jezus en Hem.  Paulus kreeg er een schok van. Trok zich een tijdlang terug in de woestijn en daarna doet hij niet anders dan gemeenschappen stichten op veel plaatsen.  Zijn brieven gaan over die gemeenschappen (cfr. 1 Kor; Rom vanaf hfdst 12)…  


Eerst dus: getroffen zijn door Jezus, Jezus die mij aanspreekt.  Ook in zin van : Jezus zegt me iets, Hij heeft me geraakt.  Wat doe ik daar dan mee ?  Ik kan naar een zus of broer gaan: "ben jij ook gegrepen?"  "Heb jij dat ook meegemaakt ?"  Als we dat delen, dan zijn we er zo vol van dat we daarover gaan spreken, erover zingen en we vormen gemeenschap.  Maar het mag niet andersom gaan.  Dus niet omdat ik me wat eenzaam voel, ik heb wat problemen in mijn leven…  Dus nooit andersom.  De normale weg loopt eerst langs Jezus.  Die persoonlijke keuze moet er op een of ander moment zeker zijn, anders kunnen we niet in een christelijke gemeenschap blijven.  Die keuze moet je trouwens regelmatig herdoen; het is niet een keuze van 1 keer in het leven, als oude religieus wil ik dat toch maar even zeggen.  


DEEL 2 : DRIE VRAGEN VANUIT DE TEKST


(We willen nu de tekst zelf bespreken aan de hand van 3 vragen)


VRAAG 1:  WAT BEZIELT U ?


Vers 5 is een overgangstekst. 5 Die gezindheid moet onder u heersen welke ook Christus Jezus bezielde:

Welk is de bezieling waaruit je spreekt, of leeft ?  Vanuit welke emoties en gevoelens ?  Er is een achtergrond aan je taal.  Niet enkel vanuit welke theorie je spreekt, vanuit welk boek.  Het is niet vanuit je verstandelijke kennis.  Je hebt een gezindheid.  Er moet ergens een spirit, een innerlijk gevoelen of bezieling, vanuit welk 'ideaal' ?  Er is een binnenkant aan je spreken, aan je leven.  

"onder u", nl. onder zussen en broers moet de spirituele achtergrond zijn, die hetzelfde is als wat Jezus had.  Dàt is de sleutel.  Jezus is ook mens onder mensen en wat was nu zijn gezindheid.  Af en toe werd hij kwaad, werd hij het beu…  Er zat een bezieling in Hem, bleef graag wat spreken met de Samaritaanse vrouw… hoewel er cultuurgebonden redenen bestonden om niet met een Samaritaanse vrouw te spreken, blijft Hij toch bij die put zitten, en ongeacht zijn vermoeidheid wil Hij naar haar luisteren.  Vanuit zijn diepere gezindheid voelt hij dat aan.  De sleutel van heel dit gedeelte uit Filippenzen: onderzoek eens uw gezindheid als gemeenschap, wat bezielt u, en is die hetzelfde als de gezindheid waarvan we aanvoelen dat het die van Jezus was.  Dit roept een constante bekering op.  Mijn aanvoelen als 20 of 30 of 50 of 70 jarige, dat verandert.  Als ik begin, als ik al wat ervaring heb of als ik een zware tegenslag heb.  

Die gezindheid waarover Paulus het heeft is in feite het werk van de H.Geest in ons hart.  Dit is een volgende stap.  Je hoeft dus niet naar een psycholoog of therapeut om je gezindheid te laten komen, zelfs voor een gemeenschap.  Maar Paulus heeft het hier niet daarover maar over een geestelijke bezieling, daar waar uw diepere bezieling getroffen is door de H. Geest.  "Als geestelijke mens spreken we tot geestelijke mensen over geestelijke dingen".  De onderliggende dynamiek is de H.Geest die ons samenbrengt om over geestelijke dingen te spreken.  Dat is de bezieling of gezindheid.

Het moet deze zijn die Christus Jezus bezielde.

De nadruk die Paulus legt is, "zoals Jezus geleid werd door de Geest van zijn Vader" (Hij jubelde het uit in de H.Geest…), zo moeten wij geleid worden door de H.Geest.  Toen Hij aanvoelde dat zijn leven zou uitlopen op zijn dood… zegt Hij: Ik zal u niet als wezen achterlaten ik zal u de Geest geven die ook in Mij leefde.  We moeten Jezus dus niet uiterlijk kopiëren maar ons laten leiden door de H.Geest die ook Jezus bezielde en leidde.  Jezus gaf antwoord aan de mensen van zijn tijd volgens de cultuur van zijn tijd.  Wij leven in boeiende moderne tijd in veranderingsproces, wij moeten midden die cultuurschok ons laten leiden door de H.Geest om het antwoord te geven dat Jezus nu zou geven.

Op het einde van de vorige eeuw, toen de vernieuwing in de Kerk begon, met een vernieuwer als Charles de Foucauld, dan begon die met nee te zeggen aan het leven van bv. trappist; hij vertrok langs allerlei trappistenkloosters en wilde Jezus volgen.  Hij volgde Jezus in Nazaret, portier bij zusters clarissen. Hij wilde Jezus dààr volgen waar Jezus leefde.  Dat mislukte overal, ook in de woestijn in Algerije.  Maar hij wilde Jezus teveel kopiëren, letterlijk.  Ook waren er bv. in Bretagne pogingen om monastieke hervormingen letterlijk opnieuw te gaan beleven…  Kan niet, we moeten mee evolueren met onze maatschappij, maar wel de bezieling van Jezus, nl. de bezieling door de H.Geest, overbrengen in de wereld van vandaag.  Wij ontvangen de H.Geest om vandaag een taal te spreken die dezelfde innerlijke bezieling heeft als die Jezus had, maar uitgedrukt in gevoeligheden en vormen die gevoelig zijn voor de mens van vandaag.  Dààr nijpt het schoentje, daar hebben wij moeite mee.  We moeten eerst goed inzien en aanvaarden waar het eigenlijk om gaat.

Dit is mijn eerste inhoudelijke punt, nl. de gezindheid onder ons moet in overeenstemming zijn met die van Jezus en alleen de H.Geest kan ons daarin helpen.


VRAAG 2: WELKE WAS DE GEZINDHEID VAN JEZUS?


Welke was die gezindheid van Jezus die ik dan moet navolgen.  Niet van ook in sandalen te gaan rondlopen enz… Maar: wat voor type mens was Jezus vanuit die gezindheid van de H.Geest?

Zie bv. vers 6.  Heeft zich niet willen vastklampen aan…  = Hij hield niet van privilegies en heeft de privilegies die Hij had niet willen behouden.  Hij had een sterke ervaring van de volheid van de H.Geest in zich, zijn gelijkheid aan God enz…  Hij had zich kunnen doen gelden.  Heeft dat niet gedaan.

De joden vroegen aan Jezus regelmatig een teken, zoals Mozes tekenen gaf (manna geven…, had midden donder en bliksem de geboden doorgegeven).  Het enige teken is het teken van Jona, nl. verrijzenis na drie dagen.  Ze verwezen ook naar de profeet Elia, nl. vuur uit de hemel laten neerdalen.  Als Jezus geneest, doet hij het omdat Hij die mens moest helpen.  Deed geen massa's genezingen en dan nog: "zwijg hierover" + liep weg.

Er is een voorval in de synagoog van Nazaret en men vond dat zo mooi dat ze hem tot koning wilden maken, nl. privilegies..  Jezus loopt weg.

Dit omvat veel vragen.  Privilegies in de Kerk, hiërarchie, het religieuze leven, van christen zijn…  Wat houdt het in ons daaraan vast te houden.  Jezus' bezieling is: noem mij nooit Zoon van God.  Dat kwam pas later.  

Vers7: Heeft zichzelf ontledigd, zich ontdaan…  Kenosis (kenos = leeg, waar niets in is).  Hij heeft zich innerlijk en uiterlijk leeg gemaakt.  "Gij wordt onze koning" = volheid, machtssymbolen enz…  Jezus maakte zich helemaal leeg uiterlijk, maar ook innerlijk: als Hij een huis binnenging, deed Hij dat niet als een farizeeër die vanuit zijn bevoorrechte positie verwacht dat men Hem begroet + ereplaats geeft.  Nee, gewoon, leeg, maar Hij was er wel vol.  Dat leidde tot spanningen.  Bij Simon de farizeeër kon Hij niet zo met eer ontvangen worden.  Jezus verwijt het hem nadat een vrouw Hem wel eerde.  Heel deze discussie helpt hoe Jezus zich gedroeg.  nl. onopvallend.  Is sterk bevragend binnen de vormgeving binnen het religieuze leven van vandaag.

Heeft het bestaan van een slaaf op zich genomen, Hij is aan de mensen gelijk geworden.  Gedroeg zich als mens onder de mensen, zonder enig onderscheid.

Verder staat : Heeft zichzelf vernederd …  Zichzelf vernederen is een heel moeilijk begrip in de realiteit van het leven, maar het is de uitwerking van de kenosis, van het ‘gewoon’ willen zijn.  De Gehoorzaamheid ook.  Ik zou dat nog moeten uitwerken.  Men heeft in de algemeen christelijke vorming (kloosters, gezinnen) soms gezegd: Je moet je kunnen vernederen, je moet gehoorzaam zijn.  Men heeft dit niet altijd goed begrepen en was aanleiding tot vele conflicten, je moet geen eigen wil meer hebben.  Tegenwoordig zegt men juist andersom tot de jongeren: je moet jezelf zijn, je niet vernederen, niet gehoorzaam zijn maar zorgen dat je lukt in het leven, het ver brengt…  Dit is een teken dat we de taal van de H.Geest niet meer verstaan vandaag.  Iemand die vol is van de H.Geest (zonder dat hij weet heeft van allerlei reglementen) die blijft rustig en discreet, zal doen wat men van hem verwacht.  Hij zal gehoor geven als er ergens een nood is.  Dit is heel wezenlijk.  Leg de gehoorzaamheid niet op, maar let erop of iemand gehoorzaam wordt vanuit de H.Geest.  "Vader abt, waarom laat je dat toe".  Ik geef daar geen gehoor aan maar tracht die ongehoorzame te helpen om in de H.Geest te zijn.  Jezus was gehoorzaam aan zijn Vader.  Daarom was Hij geen minderwaardig persoon.  Opvoeding is tegenwoordig groei naar zelfstandigheid.  Dit is omdat we woorden in een andere betekenis gebruiken.  Taal van psychologen is belangrijk maar hier spreken we als geestelijke mensen tot geestelijke mensen over geestelijke dingen.


VRAAG 3: RAADGEVINGEN AAN DE CHRISTELIJKE GEMEENSCHAP


(Laatste deel dat eigenlijk het eerste deel is; het ging over de kenosis van Jezus, gehoorzaam maar luisterend naar de kracht van de Geest en daarop inspelen).  Welke concrete raadgevingen haalt Paulus daaruit voor de geloofsgemeenschap van Filippi.  Welke zijn dan de concrete raadgevingen voor onze gemeenschappen vandaag ?


1 Vanuit welke achtergrond spreekt hij ?

Eerst valt het standpunt op van waaruit Paulus spreekt.  

- Vers 1: Als "vermaning" "in Christus"  Dus niet zomaar opmerkingen maken,nee, het moet in Christus gebeuren.

- Toespreken in liefde nl. liefdevolle bemoediging.  Dat moet de achtergrond zijn.

- Gemeenschap van Geest.  Dus niet zomaar een gemeenschap, dus weer die geestelijke achtergrond.

- Hartelijkheid en mededogen !

Dus als Paulus spreekt tot zijn broeders en zusters in de gemeenschap spreekt hij als iemand die durft vermanen maar ‘in Christus’, die liefdevol bemoedigt maar in liefde, die hartelijk is en mededogend nl meevoelend.  Benadert de anderen dus vanuit een positieve achtergrond of bezieling en dat ontleent hij aan Christus.  Als verantwoordelijke van de Gemeenschap spreekt, moet het vanuit de bezieling van de H.Geest zijn die Jezus bezielde.


2 Wat wil Paulus bekomen ?

Maak dan mijn vreugde volkomen!  Dàt wil hij.  Zelfs als hij vermaant of zwakken bemoedigt is het om vreugde te bekomen.  Dat is de Paasvreugde.  De eerste christelijke gemeenschap was een vreugdevolle Gemeenschap.  Dus niet om mij plezier te doen, maar om de volle vreugde van de Heer die bij ons is; daar wil Paulus toe komen.


3 Wat stelt hij voor als weg ? (zie nog vers 2) : eenheid van denken, eenheid in de liefde, samenhorigheid (is een variante) en eensgezindheid (ook weer eenheid).

Dus, vanuit welke gezindheid? Vanuit de H.Geest!  Wat wil hij bekomen? De volle christelijke vreugde dat de Heer bij ons is!   De weg?  Eenheid!

We hebben immers maar een model en dat is Jezus, we hebben maar één inspiratiebron en dat is de H.Geest.  Waar ligt het verschil tussen personen en groepen ?  Dat ligt op een ander niveau en die verschillen zullen waarschijnlijk altijd wel blijven.  Een heel belangrijk punt situeert zich op het vlak van de Eukumene en daar lopen we tegenwoordig wat vast.  De eenheid in het geloof (er is maar één Jezus en één H. Geest die al die groepen samenbrengt in het respect van de verscheidenheid).  Er zullen er altijd zijn die wat meer oosters zijn, meer orthodox, of wat meer noordelijk (hervorming), of wat meer zoals wij (gemoedelijker).  Respecteer de verschillen onder elkaar maar het is dezelfde Jezus en dezelfde H.Geest die ons bezig houdt.  Wij willen vasthouden aan de privilegies : Wij willen één Kerk met één grote baas die alles beslist over iedereen, totalitair.  Dat is macht, is een verkeerde structuur en is onvruchtbaar.  Maar als allen in een marktstructuur zich ontledigen, de weg van Jezus gaan, respect hebben voor de verschillen van cultuur aan de basis en dan die ene gezindheid van Jezus en de H.Geest vooropstellen, dat zouden wij in de Eukumene de eenheid hebben in het respect voor de verscheidenheid.  Daar kunnen naartoe groeien, vind ik heel mooi en heel, heel belangrijk.


Paulus rondt dit wat af door te vragen: wat moet je als gelovige vermijden?

  Zie vers 3:

Partijzucht en ijdelheid.  Immers, dit betekent: steunen op mijn privilegies, op mijn kracht en mijn ijdelheid en dat moet je volledig vermijden.  Hij gaat dat in vers 4 heel eenvoudig samenvatten, het is de sleutel van een goede samenleving in een gemeenschap, maar dat kan maar komen na die hele weg die we hier hebben afgelegd op deze drie kwartier.  Daarom ben ik daar niet mee begonnen maar wil ik ermee eindigen.  Acht in ootmoed de ander hoger dan jezelf.  Dit staat diametraal tegenover de taal van de mens vandaag op straat.  Je kunt dat niet aanvaarden.  Als je daarmee naar de mensen toegaat en je begint daarmee: kijk, vriend, je mag in onze gemeenschap komen maar hier moet je altijd denken dat de ander meer bekwaam is dan jij; dat verwekt spanningen bij die mens, dat is ongehoord, dat kan niet.  Maar het is wel zo, dat je daar naar toe kan groeien en je zult daar bijna spontaan naar toe groeien als je heel die voorbereidende weg bent gegaan en begrepen hebt nl. dat Jezus van geen privilegies wil weten en zich volledig ont-ledigd, zich ontmanteld, de kenosis; en dan zien dat men met liefde je benadert om te komen tot die vreugde en die eenheid en dan blijf je op je plaats bijna onvermijdelijk en in alle nederigheid en in alle ootmoed ga je de ander hoger achten dan jezelf en je zult dus ook niet meer alleen je eigen belangen behartigen.  De eigen belangen behartigen.  Dat is nochtans het eerste principe in de maatschappij om goede zaken te doen: een goede econoom moet dat doen, je eigen zaken verdedigen, hoe zou je het anders doen.  Maar als je tot een gemeenschap toetreedt omdat je steun nodig hebt, mensen nodig heb die wat met mij bezig zijn, wat naar mij willen luisteren, want thuis is er niemand die naar mij luistert, thuis kan ik nooit mezelf zijn… dan maak je de gemeenschap kapot ofwel moet je weg ofwel zullen de anderen weggaan, dat kan niet anders.

Maar je kan wel tot dat resultaat komen van niet meer met je eigen zaken bezig te zijn en de ander hoger te beschouwen dan jezelf omdat je heel die spirituele weg hebt afgelegd.


Je zou nu die hele tekst van Paulus rustig moeten herlezen voor jezelf.  Het is wel een zware boodschap, immers, spreken over gemeenschap is niet zo evident maar eigenlijk heel mooi, inspirerend, krachtig bezield van binnenuit je groeit daarin op geleidelijk aan en moge de heilige Geest u daarin helpen voortgaan op de goede weg die u al jaren gaat in deze gemeenschap hier.  Dat zal in de navolging van Jezus ongetwijfeld zeer goede vruchten van vreugde en bezieling voortbrengen.  Dank u.  (Pro manuscripto: bvv, 11 mei 2000)