GELOOF en LEVEN
A+M
Maria-
GENT, 15-
DOOPGENADE
Het doopsel. Je zou het niet kunnen veronderstellen dat dat eenvoudige teken van wat water dat over het hoofd wordt uitgegoten en die paar woorden die dat gebaar vergezellen (“Ik doop u in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest”), dat dat gebaar en die ene zin zo’n diep gebeuren is, dat heel ons leven een andere zin geeft. En toch is het zo. Daar willen we het vandaag even over hebben.
Zussen en broers, wat brengt ons hier eigenlijk samen? Wat heeft ons samengebracht in de Gemeenschap? Wat houdt ons nog samen? Ons dat af en toe eens afvragen is van belang, omdat je dan ook een evaluatie kunt maken, je motivatie, je inzet, je bezieling herzien en op punt stellen. Het is zelfs niet altijd zo belangrijk wat ons bezield heeft of wat ons bezielt, maar vooral wat ons zou moeten bezielen. Onze verleden en actuele motieven kunnen dan wat uitgezuiverd en opgetild worden.
Welnu, wat ons samenbrengt in de Maria-
De priesterlijke roeping en zending
Aan het kruis heeft Jezus zich geofferd tot eer van de Vader en voor het heil van de mensen; wij gedenken en vieren dit nog voortdurend in de heilige Eucharistie. DOOR ONS DOOPSEL zijn wij met Jezus en zijn offergave verenigd en offeren wij ook onszelf en al onze werkzaamheden. Over de lekengelovigen zegt het concilie : “Al hun werken immers, hun gebeden en apostolische ondernemingen, hun huwelijks-
Deelname aan het profetisch ambt van Christus
betekent Jezus navolgen in het teken dat zijn leven was en in de kracht van zijn woord. Dit betekent voor ieder gelovige dat zij door hun doopsel bekwaam en verplicht zijn het evangelie in geloof te aanvaarden, het met woord en daad te verkondigen en zonder aarzelen het kwaad moedig aan te klagen. Dit betekent dat in het leven van de christen, en door hem in zijn gezin en in de maatschappij, de nieuwheid en de kracht van het evangelie zou moeten uitstralen; hij moet iets van hoop kunnen brengen in de manier waarop mensen samenleven in deze wereld.
Deelname aan het koninklijk ambt van Christus
Omdat lekengelovigen toebehoren aan Christus, delen zij in zijn koninklijk ambt en worden zij geroepen tot dienst aan het Rijk van God en tot de verspreiding ervan in de geschiedenis. Zo schrijft de paus in genoemde exhortatie (Christifideles laici, eind 1988). Jezus werd koning door God en de mensen te dienen.
Dit koninklijk ambt wordt beleefd
-
-
-
De deelname aan dit drievoudige ambt van Christus vindt zijn oorsprong in het sacrament van het doopsel, het vindt zijn ontplooiing in het vormsel, en zijn vervulling en dynamische steun in de Eucharistie.
En omdat deze deelname voortkomt uit de kerkelijke gemeenschap, moet zij IN de gemeenschap en VOOR de groei van de Jezusgemeenschap zelf beleefd en verwerkelijkt worden.
Ben Van Vossel